De Onderwijscoöperatie: ‘van, voor en door’ het ministerie van OCW?

Patrick Woudstra

Knipsel

Sinds 2012 sta ik ingeschreven in het lerarenregister. De meerwaarde heb ik er nooit van kunnen ontdekken, maar zolang het vrijwillig was kon het geen kwaad. Althans, dat dacht ik. Dit alles veranderde in 2013 door één klein zinnetje in de hoofdlijnenbrief lerarenregister van 4 oktober 2013: “In het NOA is afgesproken dat in de cao wordt vastgelegd wat het niet-geregistreerd zijn voor de arbeidsrelatie betekent.” Niet geregistreerd betekent ontslag?

Sinds die tijd ben ik het register kritisch gaan volgen. Daarbij viel ik van de ene in de andere verbazing. Niet alleen was geen enkele vakbond bereid een ledenpeiling uit te voeren, de bestuurders van de Onderwijscoöperatie bleven volhouden dat ze namens de ‘beroepsgroep’ spraken. Van de commissie-Dijsselbloem (2008) hebben ze niets geleerd: “Overeenstemming met het onderwijsveld werd bereikt met de beroepsvertegenwoordigers van belangenorganisaties. Zij leken daarbij dichter bij de politiek te staan, dan bij hun eigen achterban.

Tijdens research over het lerarenregister kwam ik bij toeval de WOB-documenten tegen van een journalist van de Correspondent, Johannes Visser. Ongeveer 3000 pagina’s interne stukken van OCW en de Onderwijscoöperatie geven een uniek inkijkje in de besluitvorming en de afhankelijkheid van subsidie van de overheid. Hoewel ik natuurlijk wel mijn vermoedens had dat er hier andere belangen speelden dan het belang van ons leraren was het toch moeilijk dit zwart op wit te lezen. Je wilt immers graag geloven dat de Onderwijscoöperatie oprecht achter hun slogan “van, voor en door de leraar’ staat.

Niets is minder waar. In een mail schrijft de voorzitter van de Onderwijscoöperatie aan de directeur-generaal van OCW: “Je zult zien dat (in het wetsvoorstel) geen formuleringen staan die de autonomie van leraren onevenredig vergroten ten opzichte van de situatie zoals hij nu is.” Dit terwijl het verkooppraatje van het register altijd is geweest dat de wet er juist moet komen om de ‘autonomie’ van de leraar te vergroten. Snapt u het nog?
AOb-voorzitter Liesbeth Verheggen houdt dit spelletje stug vol. Zo duidt ze in het blad Didactief van oktober 2017 de wet graag aan met de officiële naam: ‘wet beroep leraar en lerarenregister’ alsof de naam enig verschil maakt. Tegenspraak zet ze daarbij inhoudsloos weg als “lariekoek van mensen die de wet niet gelezen hebben”.

Ook de vaak gemaakte vergelijking met het BIG-register gaat mank. Dit zegt OCW erover: “Het is niet realistisch het (BIG) zonder meer naar een beroep en een sector te vertalen waar de meeste beroepsbeoefenaren – leraren – in loondienst werken.

De wetgevingstoets van het ministerie van Veiligheid en Justitie is uiterst kritisch. Niet alleen ‘rammelt’ het wetsvoorstel aan alle kanten, het ministerie constateert ook dat het wetsvoorstel en de toelichting niet met elkaar overeenkomen. Ook merken ze op dat leraren wel verplicht worden “gevalideerde” nascholing te volgen maar dat nergens expliciet is geregeld dat het bevoegd gezag ook verplicht is om de leraar te faciliteren. De tekst in de wet zoals hij is aangenomen is daar nog steeds erg vaag over.

Hoewel het aan de ene kant geruststellend is om al mijn bezwaren in de interne stukken voorbij te zien komen, verbaast het me ook dat er vrijwel niets mee is gedaan. Het heeft er alle schijn van dat het hoe dan ook door moest gaan, daarbij alle rode seinen negerend.

De deelnemersvergadering in zijn huidige vorm is daar een goed voorbeeld van. Uit de stukken blijkt dat OCW niet wilde wachten totdat alle leraren verplicht in het register stonden. De deelnemersvergadering moest er snel komen, Dekker had immers beide Kamers geïnformeerd dat deze er al was. Met een overhaaste verkiezing tot gevolg. Waar terecht veel kritiek op is. De Onderwijscoöperatie verstuurde (onterecht) 83.000 stemcodes en realiseerde daarmee een uitslag met slechts 2237 uitgebrachte stemmen. Ondanks miljoenensubsidie van OCW, een stuk of 70 ambassadeurs, dure communicatiemedewerkers en programmamanagers van het ministerie, wisten de vakbonden zelfs de eigen achterban niet te mobiliseren voor deze dwaze vertoning. Hoezo draagvlak?

Uit de vrijgegeven WOB-documenten blijkt dat de Onderwijscoöperatie niet alleen bestaat bij gratie van OCW-subsidie maar dat ze samen optrekken.

Saillant detail, de Onderwijscoöperatie vroeg (en kreeg) van OCW extra geld om de promotie rond het lerarenregister een nieuwe impuls te geven. Dit geld lieten ze echter op de bank staan. Waar het ministerie ‘not amused’ over was. Een bizarre situatie.

Bovenstaande voorbeelden zijn slechts een topje van de ijsberg. Als u meer wilt weten adviseer ik om de artikelen van Johannes Visser bij de Correspondent in de gaten te houden. Binnenkort verschijnt daar meer.

Knipsel

Patrick Woudstra is leraar in het mbo en was van 2008 tot 2016 opeenvolgend kaderlid en sectorbestuurder bij de AOb. O.a. de gang van zaken omtrent het lerarenregister heeft er uiteindelijk tot geleid dat hij zijn lidmaatschap heeft opgezegd.
Sinds 2017 is hij bestuurslid bij Beter Onderwijs Nederland.

 


Een reactie op “De Onderwijscoöperatie: ‘van, voor en door’ het ministerie van OCW?

  1. De onderste steen moet boven! Herinner me nog goed het dedain van mevrouw Kil: ‘ Ik ben ook GEWOON’ lerares geweest hoor’ uitte zij tijdens een bijeenkomst bij de AOb. In de kleine woordjes herken je de ware aard. In gedrag voortdurend schurkend tegen de mensen van OC&W, geen oog voor de beroepsgroep.

    Like

Plaats een reactie